Independent scholar, cat addict, tattoo lover

En Floor is ook...

Leuk, ook De Volkskrant merkt op dat de protestsong niet dood is, maar leeft. In april dit jaar heb ik via Facebook een oproep gedaan voor favoriete protestliedjes. Daardoor is onder de naam #RockDisMay een mooie lijst ontstaan van 64 nummers. Ik was begonnen om die via de Facebook-pagina ‘Research or Die’ uit te zenden (zie de aankondiging hieronder), maar kreeg het druk of wilde liever aan het water chillen. Hoe dan ook en jammer genoeg, na de eerste 16 nummers werd het stil in ons protestliedjesland. En dat terwijl zoveel mensen hebben meegewerkt aan de samenstelling van de lijst.

“Dus ik ga over straat, minding my own business, checking out this and that, loop ik voorbij een sportschool waar net iemand naar buiten komt met een: ‘Heeeej meissie, kijk niet zo chagrijnig!’ Dus ik denk gast, en zo zie ik er ook uit. “Je bent mooier als je lacht, weet je”, gaat’ie verder, dus ik zeg ‘Uh-huh’, want dat weet ik, en loop door. Honderd meter later: ‘Ben je verdwaald of zo?’ Zelfde gast, nu op scooterd.

Ik heb voor narratieve sociologie een analyseinstrument ontworpen waarmee onderzoekers patronen in verhalen kunnen ontdekken. Om van individuele naar collectieve verhalen te komen, heb ik een systematiek ontwikkeld met een analyse van narratieven op drie niveaus. De eerste analyse betreft de inhoud van de verhalen (wat) en laat zien wat mensen belangrijk vinden. De tweede analyse is gericht op de entiteiten (personen, organisaties, dingen) die een rol spelen in de verhalen en legt de onderlinge posities en relaties bloot (wie).

Pagina's