Independent scholar, cat addict, tattoo lover

posthumanisme

Voorafgaand aan de masterclasses van NSO-CNA schrijf ik steeds een preflectie: een voorbespiegelend stukje over het thema van de betreffende masterclass. Dit is mijn preflectie bij de masterclass “Onderwijs voor een ongekende toekomst” van Govert de Vrieze.

 

Waarschuwing: de nu volgende tekst kan schokkende beelden bevatten.

Voorafgaand aan de masterclasses van NSO-CNA schrijf ik steeds een preflectie: een voorbespiegelend stukje over het thema van de betreffende masterclass. Dit is mijn preflectie bij de masterclass “Een school als zoöperatie” van Klaas Kuitenbrouwer.

 

“Maar in jullie advertentie stond ‘ruime tuin’, hoe kan dat nou, deze tuin is maar een paar vierkante meter!?!”

“Dat is zeker zo, maar kijk eens hoe hoog die is!”

 

Voor je tuin zorgen

Bij het 35-jarig jubileum van NSO-CNA gaf ik een workshop over post-humanisme in het onderwijs. Arjan Jonker interviewde mij vooraf. Onderstaande verscheen oorspronkelijk ook hier.

De mens staat centraal in ons onderwijs. Al sinds het begin. En dus denken en doen we ‘antropocentrisch’. Toegegeven, dat heeft ons in sommige opzichten ver gebracht. Tegelijkertijd is er van alles mis met dit perspectief op de wereld, volgens Floor Basten:

Onder de naam ‘posthumanisme’ is de laatste jaren een enthousiasme voor het leven zichtbaar aan het worden, dat aanstekelijk is door haar verruimde ideeën over en praktijken van creativiteit, intelligentie, kunstzinnigheid, cultuur, gemeenschapsleven en ethiek. Waar deze lange tijd uitsluitend aan mensen toebedeeld werden (en soms alleen aan hen die onderwijs in Westerse of verwesterde samenlevingen hebben doorlopen werden toevertrouwd), zien posthumanisten ze ruimhartig terug in de hele wereld.

In dit bescheiden overzicht staan algemene bronnen over posthumanisme en bronnen over posthumanisme in het onderwijs. Ik vul ze aan met meest recent toegevoegde bronnen bovenaan.

 

ZOJUIST TOEGEVOEGD

Grenzen slechten

 

Jelle Ris zocht mij in deze NIVOZ-podcast op, omdat hij mijn publicaties over het posthumanisme ‘mind blowing’ vond: ‘Omdat er een hele andere blik wordt gegeven op onderwijskundig onderzoek, op pedagogische ideeën. En ook omdat Floor het werk van Gert Biesta, iemand die wij bij NIVOZ een warm hart toedragen, van betekenisvolle kritiek voorziet. Dat prikkelt.’

Nieuwsgierig geworden? Beluister de podcast hier.

Het afgelopen jaar won een team onder leiding van onderzoekers van de Universiteit Leiden de Ig Nobelprijs voor bewijs dat wanneer romantische partners elkaar voor het eerst ontmoeten en zich tot elkaar aangetrokken voelen, hun hartslagen synchroniseren. Voor mij is dit het mooiste nieuws van 2022, want het toont iets heel wezenlijks aan: wij mensen zijn in staat om ons met onze voelende lichamen op elkaar af te stemmen en zo een groter geheel te vormen dan wanneer we alleen zouden zijn.

‘Posthumanisme’ is zo’n typisch academisch begrip waar heel veel definities in passen. Sommige daarvan passen bij elkaar of vullen elkaar aan, andere beweren exact het tegenovergestelde. Toch is nadenken over het posthumanisme niet alleen maar interessant als academische discussie. Veel mensen hebben het gevoel dat er iets niet klopt aan vandaag, maar krijgen er niet precies de vinger achter. Tegelijkertijd woedt er in de wetenschappelijke wereld een revolutie die haar weerga niet kent.

Voor de bundel Innoverend onderzoeken. Grondslagen & praktijkvoorbeelden ben ik door de redacteuren Ariënne van Staveren en Hüseyin Susam gevraagd te reageren op de hoofdstukken van Wim Wardekker en Gert Biesta. In mijn analyse van hun werk zie ik veel van het denken terug waartegen ze zich juist willen afzetten. Waardoor, zo vraag ik me af, is het zo moeilijk om je te ontworstelen aan humanistische referentiekaders? Wat is eigenlijk het probleem met die referentiekaders? En wat heeft het posthumanisme te bieden als uitweg?

Voorafgaand aan de masterclasses van NSO-CNA schrijf ik steeds een preflectie: een voorbespiegelend stukje over het thema van de betreffende masterclass. Dit is mijn preflectie bij de masterclass Interconnectiviteit, met daarbij de vraag: zijn we 10 jaar te laat?

 

Het beste moment