
Als je op vakantie gaat, zijn er verschillende graden van voorbereiding.
Ik heb daarvoor onderstaand modelletje ontwikkeld:
Daaruit komt de volgende voorbereidingstypologie:
- geen voorbereiding;
- overmatige voorbereiding door vooraf het Gronings dialect op YouTube op te zoeken, een strak dagschema te maken van de must see must do dingetjes (inclusief horecareserveringen op basis van grondige analyse van lokale menukaarten) en in de trein nog het stratenplan van Appingedam uit je hoofd te leren;
- hooguit wat lichte voorbereiding, bijvoorbeeld een paar behulpzame woordjes en zinnetjes leren zoals ‘goedendag’ en ‘wat kost hier de prei?’, kijken wat de lokale weersverwachtingen zijn en de wisselkoers met de euro checken;
- voorbereiding wordt in beslag genomen door twijfels over wel of niet gaan.
Stel nu dat er een volkje is dat over alle landsgrenzen heen zijn eigen cultuur heeft? Dat je de mensen van dit volkje gewoon kunt tegenkomen zonder hen aan uiterlijke kenmerken als zodanig te herkennen? Ze zien er qua fysiek hetzelfde uit, stoten dezelfde klanken uit ter communicatie. Ze zijn op het eerste gezicht en gehoor dus gewoon gewoon; wat hen als volk onderscheidt is niet direct waarneembaar. En toch hebben ze gewoontes die voor mensen die niet tot de hunnen behoren ongewoon zijn. Stel nu dus dat buitenpromoveren ook een reis is, met als bestemming Academia? Hoe kun je je dan het beste voorbereiden?
Lees verder op Expertisecentrum Buitenpromoveren.